Ziektes bij de thuja

Lees hier meer over de meest voorkomende ziektes en plagen bij de thuja.
Thuja kopen
Ziektes bij de thuja

De Nederlandse naam levensboom dankt de thuja onder meer aan het feit dat de planten ontzettend lang leven. In Noord-Amerika, waar deze coniferen vandaan komen, staan exemplaren van de thuja die al meer dan duizend jaar oud zijn. Als u de thuja bij u in de tuin plant en twee keer per jaar snoeit, heeft u dus lang plezier van uw haag. Toch komen er ziektes bij de thuja voor. Worden deze niet op tijd aangepakt, dan kan de thujahaag onherstelbaar beschadigd raken. Om dit te voorkomen vertellen we u over de meest voorkomende ziektes en plagen bij de thuja en wat eraan te doen is.

Thuja 'Smaragd'
Populair
Thuja 'Smaragd'
Thuja occidentalis 'Smaragd'
Vanaf
2,22
arrow-right
Thuja 'Brabant'
Populair
Thuja 'Brabant'
Thuja occidentalis 'Brabant'
Vanaf
2,16
arrow-right
Thuja 'Atrovirens'
Thuja plicata 'Atrovirens'
Vanaf
2,70
arrow-right
Thuja 'Excelsa'
Thuja plicata 'Excelsa'
Vanaf
2,70
arrow-right

De thujamineermot

Aan zowel zijn Nederlandse als zijn wetenschappelijke naam is duidelijk te zien voor welke plant de thujamineermot (Argyresthia thuiella) een voorkeur heeft. Zoals bij wel meer motten die haagplanten beschadigen zijn het overigens niet de volwassen motten, maar de rupsen van de thujamineermot die voor de grootste schade aan de planten zorgen. Deze rupsen, die niet meer dan 3 millimeter lang zijn en groen tot lichtbruin van kleur zijn, voeden zich met het bladgroen uit het gebladerte van de thuja. Als gevolg hiervan worden de schubben waaruit de rupsen gegeten hebben doorzichtig. Grote hoeveelheden motten kunnen uw volledige thujahaag kaalvreten.

In het voorjaar is het belangrijk om extra alert op de thujamineermot te zijn. De rupsen overwinteren namelijk onder de schubben van de thuja. Vanaf april worden ze weer actief en kunnen ze van uw bladeren vreten. Ze verpoppen in mei tot volwassen motten en vliegen rond het midden van juni weer uit, maar voordat ze vertrekken leggen ze nieuwe eieren, meestal in de jongste scheuten. Komen deze eieren uit, dan zullen de jonge rupsen zich door het gebladerte heen richting de takken vreten. Actie ondernemen kan de cyclus onderbreken en daarmee uw thujahaag redden. De rupsen vreten uw thuja’s namelijk meestal pas na een paar jaar helemaal kaal.

Als er maar een of enkele takken aangetast zijn door de thujamineermot, kunt u deze gewoon wegsnoeien. Reinig uw snoeigereedschap daarna grondig om te voorkomen dat er toch nog rupsen in de gezonde delen van uw planten terecht zullen komen. Regelmatig snoeien verkleint de kans op aantasting door dit ongedierte. Zo houdt u de planten sterk genoeg om uit te blijven lopen. Overigens lijkt de thujamineermot een voorkeur te hebben voor de westerse levensboom (Thuja occidentalis).

Bekijk meer arrow-down
Bekijk minder arrow-up
De thujamineermot

Schimmelziektes in de thuja

Er zijn twee schimmels die met enige regelmaat schade aanrichten aan thuja’s: de Didymascella thujina en de Kabatina juniperi. De eerste valt vooral de reuzenlevensboom (Thuja plicata) aan, maar er zijn ook westerse levensbomen door deze schimmels aangetast. Als uw coniferenhaag last heeft van deze schimmel, is dat makkelijk te zien aan het gebladerte. Aangetaste schubben zullen tegen het einde van de zomer geel en later bruin worden. De bruine tot zwarte vruchtlichamen van de schimmels zijn met het blote oog zichtbaar. Hun sporen laten gaten achter in de takken, die vaak ten onrechte voor vraat door ongedierte aangezien worden.

Jonge thuja’s kunnen volledig afsterven door de Didymascella thujina. Als u grotere exemplaren van de levensboom in de tuin plant die hun jongste jaren al op de kwekerij doorstaan hebben, is de kans op onherstelbare schade kleiner. Zorg er daarnaast voor dat er voldoende luchtcirculatie is, zodat de planten minder vochtig en dus minder aantrekkelijk voor de schimmels worden. Het lijkt erop dat vooral de lagere takken worden aangetast. Takken die wel ten prooi gevallen zijn aan de schimmels kunt u wegsnoeien. Doet u dit op tijd, dan is de kans groot dat er geen chemische bestrijdingsmiddelen aan de pas hoeven komen.

Ook Kabatina juniperi maakt zijn aanwezigheid duidelijk zichtbaar. Als de scheuten in de loop van het voorjaar grijs worden, heeft u waarschijnlijk met deze schimmel te maken. Deze schimmel voorkomt u op dezelfde manier als de Didymascella thujina: voldoende luchtcirculatie en regelmatig snoeien maken de omstandigheden onaantrekkelijk voor deze schimmels. Overigens tast de Kabatina juniperi voornamelijk oude en zieke planten aan. U kunt dus tot op zekere hoogte preventief optreden door alleen haagconiferen van goede kwaliteit die bij betrouwbare kwekers vandaan komen in uw tuin te planten.

Bekijk meer arrow-down
Bekijk minder arrow-up
Schimmelziektes in de thuja

Wortelrot bij de thuja

Wortelrot is een van de eenvoudigste ziektes om te herkennen bij een coniferenhaag, maar ook een van de moeilijkste om te bestrijden of voorkomen. Dit komt vooral doordat de oorzaak van wortelrot niet in de planten zelf zit, maar in de grond waarin ze geplant worden. Met uitzondering van de watercipres kunnen coniferen niet in al te natte grond geplant worden. De wortels kunnen dan onvoldoende voedingsstoffen opnemen en bovendien kunnen schimmelsporen zich makkelijk in het water verspreiden. Graaft u uw levensbomen uit en zet u nieuwe planten in dezelfde grond, dan ondervinden die vroeg of laat dezelfde problemen.

Een thuja die last heeft van wortelrot is meestal te herkennen aan het bruine gebladerte, of zelfs het volledig ontbreken van gebladerte op sommige takken. Later zal de schors ook bruin worden, barsten en van de planten afvallen. Wanneer u een van deze symptomen ziet, is het meestal al te laat en zijn de coniferen niet meer te redden. Vooral de thuja 'Smaragd' is erg vatbaar voor wortelrot, maar ook bij andere levensbomen is het een reëel risico. Als een enkel exemplaar getroffen is, kunt u deze uitgraven, maar in de meeste gevallen moet de volledige haag eraan geloven.

Genezen is dus niet echt mogelijk, maar voorkomen tot op zekere hoogte wel. Bij de meeste zwaardere grondsoorten kunt u de grond voldoende draineren voor een thujahaag. Dit kunt u doen door een professioneel drainagesysteem aan te leggen, maar u kunt ook simpelweg een aantal diepe gaten prikken op de bodem van de geul die u plant om uw thuja’s te planten. Hierdoor kan het water dat de wortels niet op kunnen nemen weglopen, zodat de grond droog genoeg blijft voor uw coniferen. Is de grond in uw tuin wat zwaarder? Plant dan na drainage de thuja 'Brabant', omdat reuzenlevensbomen van wat drogere omstandigheden houden.

Bekijk meer arrow-down
Bekijk minder arrow-up
Wortelrot bij de thuja

Overige bedreigingen voor de thuja

Bovengenoemde bedreigingen zijn de meest voorkomende schimmels en plagen bij de thuja. Er zijn verschillende andere schimmels die op uiteenlopende plekken in Europa voorkomen, zoals de Fusarium latricium , de Pestaliopsis funera en de Phomopsis juniperovera, maar het bestrijden en voorkomen van deze schimmels komt eigenlijk altijd op hetzelfde neer. Snoei de aangetaste takken zo snel mogelijk weg en probeer ervoor te zorgen dat er genoeg lucht door de planten heen gaat, zodat de omstandigheden niet te vochtig worden.

Ook zijn er verschillende insecten die de thuja aan kunnen vreten, zoals de taxuskever, spintmijt of de thujabastkever. Veel van deze insecten vallen bij voorkeur zwakke planten aan. Twee à drie keer per jaar uw thujahaag snoeien en jaarlijks uw thujahaag bemesten zorgt er al voor dat de haagplanten sterker worden. Mocht er toch aantasting plaatsvinden, dan beperkt zich dat meestal tot een of enkele takken, die u zonder problemen af kunt knippen.

loader
Laden...